lidwordenlid worden

activiteitenActiviteiten

 

Tijdingen

 

ritaDocumentatiebestand

 

De wraak van Diana

De wraak van Diana

Keer terug...

In zijn prille jeugd had het christendom nog heel wat appeltjes te schillen met de oude Grieks-Romeinse religie. Vooral op het platteland bleef men de oude goden en godinnen hardnekkig trouw. De godin Diana (Artemis) wordt door Jacobus de Voragine in dit verhaal geïdentificeerd met de duivel, de oude vijand. Deze bedient zich vaak van magie, hetgeen zijn aura van leugenachtigheid versterkt. Achter de Mydyatische olie (waarschijnlijk een mengsel van olie en fosfor) gaat de antieke mythische tovenares Medea schuil.

Cum autem regio illa idolis deservisset, prae ceteris nefandae Dianae simulacrum populus coluerat adeo, ut usque ad tempus viri Dei nonnulli rustici praedictae religioni exsecrabili deservirent ac sub quadam arbore consecrata Dianae quosdam ritus gentilium exercerent. Ac vir Dei praedictum ritum de omnibus finibus expulit ipsamque arborem praecidi mandavit. Iratus ex hoc contra eum hostis antiquus oleum Mydyatum, quod in naturam in aqua et lapidibus ardet, confecit seque in formam religiosae feminae transfigurans quibusdam ad virum Dei navigantibus in quadam saginula obviavit sicque affata est eos: “Mallem ad sanctum Dei venire vobiscum, sed nequeo. Rogo ergo vos, ut hoc oleum ad eius ecclesiam offeratis et ob mei memoriam exinde aulae eius parietes liniatis.” Et stam evanuit.

Et ecce aliam cernunt naviculam cum honestis personis, inter quos erat simillimus sancto Nicolao, qui sic ait illis: "“eu quid mulier illa locuta est vobis vel quid attulit?"”Illi autem cuncta per ordinem narraverunt. Quibus ille: "“aec est impudica Diana, et ut me verum dicere comprobetis, oleum illud in mare proicite.” Quibus proicientibus ingens ignis in mari succenditur et contra naturam diutius in mari ardens conspicitur. Venientes igitur ad servum Dei aiebant: “Vere tu es ille, qui nobis in mari apparuisti et a diaboli insidiis liberasti.”

 In die streek had men vroeger aan afgodenverering gedaan. Vooral het beeld van de goddeloze Diana was daarbij zo krachtig vereerd, dat een paar boeren - totdat de tijd van de man Gods was aangebroken - de juist genoemde vervloekte religie aanhingen en onder een aan Diana gewijde boom bepaalde heidense riten voltrokken. Maar de man Gods zuiverde het hele gebied van de genoemde riten, en de boom liet hij omhakken. De oude vijand was woedend op hem en bereidde daarom Mydyatische olie, die tegen elke verwachting in in contact met water of stenen vlam vat. Daarna veranderde hij zichzelf in een vrome vrouw, voer in een bootje een groepje mensen tegemoet die op weg waren naar de man Gods, en sprak als volgt tot hen: “Ik zou het liefst met u meegaan naar de heilige man Gods, maar ik kan niet. Daarom wil ik u vragen om deze olie naar zijn kerk te brengen. Daarna moet u er ter herinnering aan mij de wanden van het gebouw mee insmeren.” En onmiddellijk verdween hij. 

Opeens kregen ze een ander bootje met fatsoenlijke mensen in het oog. Onder deze mensen bevond zich iemand die sprekend op de heilige Nicolaas leek. Die zei het volgende tegen hen: “Wat heeft die vrouw tegen u gezegd, en wat heeft ze u gegeven?” Ze vertelden hem alles van a tot z. Waarop hij tegen hen zei: “Dat is die schaamteloze Diana weer. En om u ervan te vergewissen dat ik de waarheid spreek, moet u die olie maar eens in de zee gooien.” Dat deden ze, en er ontstond een geweldig vuur op de zee. Tegen elke verwachting in konden ze het een hele tijd op de zee zien branden. Dus toen ze bij de knecht Gods kwamen, zeiden ze: “U bent het echt, u bent de man die ons op zee verscheen en ons van de streken van de duivel bevrijdde.”